Na ons avontuur in Sarawak reisden we door naar Sabah; de tweede provincie in Maleisisch Borneo en bekend vanwege haar oeroude jungle en bijzondere natuurparken.
Waar veel reizigers hun bezoek aan Borneo laten organiseren door één van de vele touroperators gingen wij zelfstandig op pad en ontdekten de ongerepte jungle en kleurrijke onderwaterwereld in ons eigen tempo. Met onze huurauto reden we naar de Tip van Borneo, naar de voet van de Kinabalu en dwars door Sabah om de orang-oetans van Sepilok en de Kinabatangan Rivier te bezoeken. De rit terug van Tawau naar Kota Kinabalu was ongelooflijk spannend, maar ook ontzettend mooi. En als klap op de vuurpijl maakten we ook nog onze mooiste duik ooit in Sabah.
In deel 16 van ons jaar op reis, vertel ik jullie alles over onze avontuurlijke reis door Sabah, die volledig in het teken stond van helderblauw water, kleurrijk koraal, eeuwenoude jungle en het spotten van de nodige wildlife!
Deel 16 van ons jaar op reis in het kort
Welke bestemmingen bezochten we?
Sabah is een stuk kleiner dan Sarawak. Er zijn niet veel wegen en dat maakt het plannen van een rondreis vrij overzichtelijk. Met tips van locals gingen we op zoek naar de bekende en minder toeristische plekken van Sabah.
Onze reis startte in het niet bijster bijzondere Kota Kinabalu. Vanaf daar reisden we naar de kust van Kota Belud en de Tip of Borneo. Na de zee volgde de hoogste berg van Maleisië: Gunung Kinabalu, met haar hot springs en theeplantages. Daarna was het jungle tijd! In Sepilok zien we orang-oetans en ontzettend hoge bomen, waarna we bij de Kinabatangan rivier op zoek gaan naar krokodillen, neushoornvogels en ander wild. Via Tawau reizen we terug naar de westkust om via Keningau en Kinarut terug te gaan naar Kota Kinabalu.
Hieronder kun je zien welke route we exact hebben afgelegd:
Waar sliepen we?
Na een week in Kota Kinabalu en een vijfdaagse duiktrip bij Kota Belud, ging het reistempo wat omhoog. In twee weken tijd reisden we door de rest van Sabah en sliepen we iedere twee nachten ergens anders. Van een prachtig duikresort, tot een kleurrijk appartement, dit zijn alle overnachtingsadressen op een rij:
- AirBnB in Jesselton Quay, Kota Kinabalu
- Bigfin Dive Resort, Kota Belud
- Tajau Laut Guesthouse, Tip of Borneo
- Zen Garden Resort, Kundasang
- Sepilok B&B, Sepilok
- Proboscis Guesthouse, Sandakan
- Tungog Rainforest Eco Camp, Kinabatangan rivier
- AirBnB, Tawau (niet langer beschikbaar)
- Sento Hotel, Keningau
- Langkah Syabas Beach Resort, Kinarut
- Matata Hotel, Kota Kinabalu
Waar hebben we het lekkerst gegeten?
In Kota Kinabalu zijn genoeg leuke plekjes voor echte foodies te vinden. Van het hippe, maar tegelijkertijd traditionele Guan Kopitiam, tot de kleurrijke vis night market bij Todak Waterfront. En van het heerlijke Spices of Southern Bah tot het gezellige Little Italy. Er is genoeg keuze!
De maaltijd die er echter voor mij echt uitsprong, was die in Sandakan bij Ai Xin Vegetarian. Ik weet niet hoe ze het doen, maar ze wisten met hun paddestoelen gerechten te creëren die niet alleen smaakvol waren, maar ook de indruk wekten van een vlees- of visgerecht. Een aanrader dus!
De hoogtepunten van ons avontuur in Sabah
We begonnen onze rondreis door Sabah in Kota Kinabalu. Een handige uitvalsbasis, maar bij lange na niet zo’n leuke stad als Kuching in Sarawak. Wel zijn er hier veel leuke restaurants. Dus aan lekker eten geen gebrek!
Pas toen we Kota Kinabalu verlieten werden we echt enthousiast over Sabah. Met onze gehuurde Perodua Bezza verkenden we de hobbelige wegen. We reden urenlang langs de palmolieplantages, die de leefgebieden van heel veel wildlife bedreigen. Maar gelukkig zagen we ook nog hele stukken ongerepte jungle, waar olifanten, orang-oetans en Maleise beren nog prima uit de voeten kunnen.
Dit waren de hoogtepunten van mijn reis door Sabah.
De mooiste duik ooit bij Bigfin Divers
Na onze week in Kota Kinabalu gingen we vijf dagen duiken bij Bigfin. Een uniek duikresort, omdat zij de enige zijn die in deze omgeving duiktrips organiseren. En ook nog eens een superleuke plek om te verblijven.
Het duikresort heeft een paar hutten bovenop de klif, die bij helder weer fantastisch uitzicht bieden op Gunung Kinabalu. In het restaurant ontmoeten we andere reizigers uit Nederland, Duitsland, Maleisië en het Verenigd Koninkrijk met wie we reisverhalen en tips uitwisselen.
Maar het draait hier natuurlijk om het duiken. Op de eerste dag moeten we er natuurlijk weer even inkomen, maar de tweede dag is onvergetelijk. Het wordt onze mooiste duikdag ooit. Het weer is perfect en we kunnen heel ver kijken. We zien een grote zwartpuntrifhaai en één van de schildpadden blijft rustig zijn ding doen, terwijl wij heel dichtbij kunnen komen. Het koraal is kleurrijk, de vissen talrijk. Wat een perfecte dag!
We sluiten onze duiktrip af met een bezoek aan de tropische Mantanani Eilanden. Zo turquoise als hier, zagen we het water niet vaak. Ook hier spotten we weer schildpadden.
We hebben echt een geweldige tijd gehad bij Bigfin. Alles was goed georganiseerd, de duikgidsen waren superenthousiast en de kok bereidde fantastische maaltijden. We zouden hier zo weer naartoe gaan!
Orang-oetans en hoge bomen in Sepilok
Ook al werkt het weer niet helemaal mee tijdens onze eerste dag in Sepilok, toch zijn we meteen onder de indruk.
Het regent als we de Canopy Walk doen in het Rainforest Discovery Centre. Het geeft het regenwoud iets magisch. Overal kringelen mistflarden tussen en boven de bomen. Als je mazzel hebt, kun je hier ook orang-oetans, neushoornvogels en andere exoten tegenkomen. Wij komen alleen een groep makaken tegen. En als het nog harder gaat regenen, besluiten we onze ronde door het park niet af te maken.
De wandeling afmaken doen we de volgende dag. De zon schijnt en de lucht is knalblauw. Het regenwoud ligt er vandaag compleet anders bij. Maar ook op dag twee zien we weinig wildlife. Wel zijn we onder de indruk van de enorm hoge bomen. Het Kabili Monster is meer dan 75 meter hoog!
Na het Rainforest Discover Centre gaan we naar het Orang-Oetan reservaat. Hier worden orang-oetans opgevangen die door de enorme houtkap in Sabah in de problemen zijn gekomen. Als ze er klaar voor zijn, gaan ze terug de jungle in. Wij mogen kijken tijdens de voedertijd. Het is een vermakelijke show die de orang-oetans en gehaaide makaak opvoeren. We kunnen van dichtbij het gedrag van de apen bestuderen, zonder dat we ze storen. Een heel bijzondere plek!
Bijzonder Eco Camp aan de Kinabatangan Rivier
Van de oude jungle bij Sepilok gaan we naar de nieuwe jungle aan de Kinabatangan rivier. De palmolieplantages zijn hier ver opgerukt en een grote bosbrand heeft in de jaren ‘90 de overgebleven jungle vernietigd. Maar de natuur is veerkrachtig en dus is er langs de oevers van de rivier een nieuw regenwoud verrezen. Inclusief al het leven dat daarbij hoort. We zien proboscis apen, makaken, gibbons, adelaars en heel veel neushoornvogels. Helaas kunnen we de orang-oetans niet vinden, ondanks dat onze gidsen driftig zoeken.
We verblijven in een klein Eco Camp ver van alle andere toeristen. Ons hutje is eenvoudig, maar heeft wel een badkamer met westers toilet en een zogenaamde mandi. Als je me een jaar geleden had verteld dat ik met een emmer zou douchen, had ik je niet geloofd, maar ik heb het gedaan en het was heerlijk verfrissend na de zweterige jungle trekkings en boottochten.
Het is een hele bijzondere plek om te verblijven. We bivakkeren midden in de natuur en alle opbrengsten van ons verblijf gaan naar de inwoners van het dorp die het kamp runnen en naar natuurbehoud. In het kader van natuurbehoud hebben we ook nog zelf een boom geplant. Ik ben heel benieuwd hoe die er over 25 jaar uit ziet en of het dan een plek is waar orang-oetans weer graag overnachten.
Ben je benieuwd naar nog meer jungle avonturen in Borneo? Het team van Wanderlustig ging onlangs naar het nog onbekende Deramakot Forest Reserve.
Zelf rijden op Sabah
Na onze roadtrip door het vasteland van Maleisië hadden we veel vertrouwen in een roadtrip door Sabah. De wegen hier zijn echter bij lange na niet zo goed als in West-Maleisië. We hebben ons dus goed laten informeren door ons verhuurbedrijf en menig inwoner van Sabah. Sommige wegen werden ons afgeraden, andere routes werden juist aangeraden.
We vonden het super fijn om zelf te rijden, omdat je op deze manier plekken kunt bezoeken, die anders niet tot de mogelijkheden behoren. Een plek als de Tip of Borneo is niet met het openbaar vervoer te bereiken. Wel was het soms heel erg spannend. Met name rondom Kundasang (Kinabalu) waren de wegen heel erg slecht. De lange rit tussen Tawau en Keningau was heel erg mooi, maar een 4×4 was op sommige stukken van het traject geen overbodige luxe geweest. Echter, onze Bezza bleek net als andere gewone personenauto’s prima bestand tegen de abrupte randen en grote kuilen.
We hebben nog veel meer leuke dingen meegemaakt in Sabah. Daarover later meer in een artikel met tips voor jouw bezoek aan dit deel van Maleisisch Borneo!